Indruksvaliditeit (Face Validity) | Betekenis & Voorbeelden

Indruksvaliditeit (face validity) geeft aan in welke mate een meetinstrument de indruk wekt iets relevants te meten. Indruksvaliditeit (“validiteit op het eerste gezicht”) beantwoordt de vraag of een meting aan de oppervlakte relevant en geschikt lijkt om te meten wat het moet meten.

Soorten validiteit
Indruksvaliditeit is één van de vier soorten validiteit die van belang zijn voor meetinstrumenten. De overige drie zijn:

  • Constructvaliditeit (construct validity): Meet het onderzoeksinstrument daadwerkelijk het begrip dat het moet meten?
  • Inhoudsvaliditeit (content validity): Is het onderzoeksinstrument volledig representatief voor het te meten begrip?
  • Criteriumvaliditeit (criterion validity): Komen de resultaten van jouw onderzoeksinstrument overeen met die van andere, gevalideerde instrumenten?

Waarom is indruksvaliditeit van belang?

Indruksvaliditeit (face validity) is belangrijk, omdat het een eenvoudige eerste stap is om de algemene validiteit van een onderzoeksinstrument te meten. Het is een relatief intuïtieve, snelle en gemakkelijke manier om na te gaan of een nieuwe meting op het eerste gezicht geschikt lijkt.

Een hoge indruksvaliditeit betekent dat iedereen die je meting beoordeelt van mening is dat de meting lijkt te meten wat deze zou moeten meten. Bij een lage indruksvaliditeit kan iemand die je meting beoordeelt in de war raken over wat je meet en waarom je deze methode gebruikt.

Om te voldoen aan een goede indruksvaliditeit, moet je meetinstrument:

  • Duidelijk relevant zijn voor wat het meet;
  • Geschikt zijn voor de proefpersonen;
  • Geschikt zijn voor het onderzoeksdoel.
Voorbeeld: Goede vs slechte indruksvaliditeit
Je wilt de leeftijd van je proefpersonen meten in een gezondheidsonderzoek. Je hebt twee methoden om de leeftijd te bepalen:

  1. De proefpersonen vragen om hun geboortedatum en dan op basis daarvan de leeftijd berekenen.
  2. Tellen van het aantal grijze haren op het hoofd van elke proefpersoon en op basis daarvan de leeftijd schatten.

De indruksvaliditeit van deze twee methoden verschilt sterk:

  • De eerste meting scoort hoog op indruksvaliditeit omdat deze direct de leeftijd bepaalt.
  • De tweede meting heeft een lage indruksvaliditeit omdat de meting geen relevante of geschikte maatstaf voor de leeftijd is.

Indruksvaliditeit garandeert niet dat je algemene validiteit of betrouwbaarheid hoog is. Face validity wordt beschouwd als een zwakke vorm van validiteit, omdat het een subjectieve, snelle beoordeling is zonder systematische toetsing of statistische analyses.

Toch is het toetsen op indruksvaliditeit wel een belangrijke eerste stap in het beoordelen van de validiteit van je meting. Zodra je de indruksvaliditeit hebt vastgesteld, kun je complexere vormen van validiteit beoordelen, zoals constructvaliditeit, inhoudsvaliditeit of criteriumvaliditeit.

Wie helpt jou met nakijken?

Betrouwbare hulptroepen vinden is niet makkelijk...

  • Familie
  • Vrienden
  • Studiegenoten
  • Scribbr

We staan altijd voor je klaar

Hoe bepaal je de indruksvaliditeit?

Om de indruksvaliditeit te toetsen, vraag je andere mensen je meetinstrument te beoordelen en na te gaan of het geschikt is om je beoogde begrip te meten.

Je kunt ze de volgende vragen stellen:

  • Zijn de onderdelen van de meting (e.g., de vragen) relevant voor wat gemeten wordt?
  • Lijkt de methode bruikbaar om het begrip te meten?
  • Lijkt de meting geschikt om het begrip te meten?

Je kunt een korte vragenlijst maken om naar je beoordelaars te sturen, of je kunt het informeel aan ze vragen.

Wie moet de indruksvaliditeit beoordelen?

In de academische wereld is er discussie over de vraag of je deskundigen, zoals andere onderzoekers, of leken, zoals potentiële proefpersonen, moet vragen om de indruksvaliditeit van je meetinstrument te beoordelen.

Het is vaak het beste om verschillende mensen te vragen je meting te beoordelen. Experts hebben een grondige kennis van onderzoeksmethoden, maar mensen uit je doelgroep kunnen je weer waardevolle inzichten geven die je anders misschien zou missen.

Er is sprake van een goede indruksvaliditeit als er een sterke overeenstemming is tussen de verschillende (groepen) mensen.

Voorbeeld: Indruksvaliditeit beoordelen
Je vindt een relatief nieuw meetinstrument dat de emotionele toestand van tieners meet, en je bent van plan het te gebruiken in een onderzoek.

Voordat je met het onderzoek begint, stuur je het meetinstrument naar twee verschillende groepen: collega-onderzoekers en potentiële proefpersonen.

Je collega-onderzoekers geven je positieve feedback en zeggen dat het meetinstrument een goede indruksvaliditeit heeft.

Maar de potentiële proefpersonen vertellen je dat ze door het gebruikte jargon niet zeker weten wat met sommige vragen wordt bedoeld. Ook vinden zij sommige vragen verouderd en onduidelijk. Volgens hen heeft het meetinstrument een slechte indruksvaliditeit.

Wanneer moet je indruksvaliditeit toetsen?

Het is belangrijk om in een vroeg stadium van het onderzoeksproces een indicatie van de indruksvaliditeit te krijgen, vooral als je:

  • een complex begrip operationaliseert;
  • een nieuw meetinstrument gebruikt;
  • een bestaand meetinstrument in nieuwe omstandigheden (of op nieuwe populaties) toepast.

Hieronder worden drie voorbeeldsituaties beschreven waarin (her)beoordeling van de indruksvaliditeit belangrijk is.

De ontwikkeling van een nieuwe meting of test

Voorbeeld: Een nieuwe test ontwikkelen
Je ontwikkelt een persoonlijkheidstest voor werkzoekenden. In je test vraag je respondenten hoe ze zouden reageren in specifieke situaties op het werk.

Je vraagt werkgevers, werknemers en werkzoekenden om je test te beoordelen op indruksvaliditeit. Terwijl werkgevers zeggen dat de test een sterke indruksvaliditeit heeft, zeggen de andere twee groepen dat ze dit soort vragen niet altijd accuraat kunnen beantwoorden zonder de baan en het bedrijf goed te kennen. Voor hen heeft de test een beperkte indruksvaliditeit.

Een bestaande test voor een nieuwe populatie

Voorbeeld: Hergebruiken van een bestaande test voor een nieuwe populatie
Je besluit om voor een onderzoek wiskundige en verbale vaardigheden te toetsen. Je neemt een IQ-test af die is ontwikkeld voor middelbare scholieren in Nederland en bent van plan deze te gebruiken voor middelbare scholieren in India.

Potentiële proefpersonen, leraren en andere onderzoekers in India beoordelen je test op indruksvaliditeit. Zij vinden allemaal dat het verbale gedeelte een lage indruksvaliditeit heeft, omdat sommige vragen sterk cultuurgebonden zijn. Het wiskundige onderdeel heeft echter een hoge indruksvaliditeit.

Een bestaande test voor een nieuwe context

Voorbeeld: Hergebruiken van een bestaande test voor een nieuwe context
In een dagboekonderzoek vraag je proefpersonen om hun dagelijkse calorie-inname en stemmingen te rapporteren. Je bewerkt een bestaande vragenlijst tot een verkorte versie, zodat je snel gedurende 2 weken elke dag data kunt verzamelen. De oorspronkelijke vragenlijst bestaat uit 20 vragen, terwijl je nieuwe versie er slechts 3 heeft.

Je vraagt potentiële proefpersonen en collega’s naar de indruksvaliditeit van je korte vragenlijst. In hun feedback geven ze aan dat de vragenlijst duidelijk en beknopt is, en een hoge indruksvaliditeit heeft.

Hoeveel fouten bevat jouw scriptie?

De taalexperts van Scribbr verbeteren gemiddeld 150 fouten per 1000 woorden. Benieuwd wat er precies wordt verbeterd? Verschuif de cursor van links naar rechts!

Scriptie nakijken op taal

Veelgestelde vragen over indruksvaliditeit

Wat is de definitie van indruksvaliditeit (face validity)?

Indruksvaliditeit (face validity) geeft aan in welke mate een meetinstrument op het eerste gezicht relevant en geschikt lijkt om te meten wat het moet meten.

Waarom is indruksvaliditeit (face validity) belangrijk?

Indruksvaliditeit (face validity)is belangrijk, omdat het een eerste beoordeling is van de  validiteit van je meetinstrument. Het is een snelle en gemakkelijkke manier om na te gaan of een meetinstrument op het eerste gezicht nuttig is.

  • Bij een hoge indruksvaliditeit geven mensen aan dat je meetinstrument volgens hen lijkt te meten wat het moet meten.
  • Bij een lage indruksvaliditeit kan er verwarring zijn over de meting zelf of over waarom deze methode wordt toegepast.
Wie moet de indruksvaliditeit (face validity) beoordelen?

Voor indruksvaliditeit (face validity) is het in de meeste gevallen het beste om verschillende mensen te vragen je meetinstrument te beoordelen. Deskundigen hebben weer hele andere kennis en kijken naar hele andere dingen dan potentiële proefpersonen. Beide groepen kunnen waardevolle inzichten leveren voor de beoordeling van je meetinstrument.

Citeer dit Scribbr-artikel

Als je naar deze bron wilt verwijzen, kun je de bronvermelding kopiëren of op “Citeer dit Scribbr-artikel” klikken om de bronvermelding automatisch toe te voegen aan onze gratis Bronnengenerator.

Scharwächter, V. (2022, 26 augustus). Indruksvaliditeit (Face Validity) | Betekenis & Voorbeelden. Scribbr. Geraadpleegd op 18 november 2024, van https://www.scribbr.nl/onderzoeksmethoden/indruksvaliditeit/

Wat vind jij van dit artikel?
Veronique Scharwächter

Veronique heeft twee bachelors: één in Taal- en Cultuurstudies en één in Philosophy, Politics and Economics. Daarnaast heeft zij een boek geschreven over hoe filosofie je kan helpen in je studentenleven. Ze hoopt haar brede, interdisciplinaire kennis in te kunnen zetten om zo veel mogelijk studenten te helpen met het schrijven van hun scriptie.