Juridische Leidraad: Jurisprudentie | Uitleg & voorbeelden
Jurisprudentieverwijzingen hebben een vaste vorm, waarbij je minimaal de gegevens vermeldt die nodig zijn om de uitspraak te identificeren (instantie, datum en bronvermelding). Het basisformat voor jurisprudentie ziet er als volgt uit:
Format voetnoot | Nummer voetnoot. Afkorting instantie Datum, ECLI. |
---|---|
Voorbeeld voetnoot | 1. ABRvS 10 maart 2021, ECLI:NL:RVS:2021:525. |
Voorbeeld lopende tekst | De partij verwijst hiervoor naar de uitspraak van de Afdeling bestuursrechtspraak van 10 maart 2021.1 |
Je neemt jurisprudentie niet op in je literatuurlijst. In principe is het ook niet nodig om een jurisprudentielijst op te nemen, omdat de verwijzingen in de voetnoot al volledig zijn. Toch vragen veel onderwijsinstellingen dit wel van hun studenten en in dat geval is het belangrijk om die richtlijnen te volgen.
Specificering van de verwijzing naar jurisprudentie
Soms wil je niet alleen de basisinformatie in de voetnoot vermelden, maar ook andere details, zoals:
- de plaats van de instantie (tenzij deze uniek is, zoals ABRvS);
- verbijzondering van de instantie (kantonrechter krt., voorzieningenrechter vzr. of bijvoorbeeld de specifieke kamer);
- een paragraafnummer (par.);
- een rechtsoverweging (r.o.);
- een of meerdere vindplaatsen;
- de roepnaam van de uitspraak (verkort, cursief en tussen haakjes);
- een of meerdere annotaties (m.nt. + voorletters en achternaam van de annotator);
- de conclusie van de advocaat-generaal (concl. A-G + de voorletters en achternaam van de advocaat-generaal).
- HR (civiele kamer) 2 oktober 2020, ECLI:NL:HR:2020:1538, par. 3.
- PHR 29 september 2020, ECLI:NL:PHR:2020:841 (concl. A-G B.F. Keulen), JM 2020/152, m.nt. S. Pieters.
- Hof Arnhem-Leeuwarden 3 februari 2014, ECLI:NL:GHARL:2014:2565, NJFS 2014/133.
Deze lijst met toevoegingen is niet uitputtend. Je mag dus ook andere informatie die je relevant acht toevoegen aan de verwijzing. Zet de extra informatie dan wel altijd tussen haakjes.
European Case Law Identifier (ECLI)
De European Case Law Identifier (ELCI) is een belangrijk onderdeel van de verwijzing, omdat je in één oogopslag belangrijke brongegevens (zoals het jaar en de vindplaats) kunt zien. Een ECLI is als volgt opgebouwd:
- Format: ECLI:landcode:instantiecode:uitspraakjaar:volgnummer
- Voorbeeld: ECLI:NL:RVS:2021:71
Je kunt de landcodes en instantiecodes per land opzoeken op de ECLI-website. Verder hebben een uitspraak en conclusie een eigen ECLI. Je gebruikt altijd de ECLI van de uitspraak, tenzij je specifiek naar de conclusie verwijst.
Probeer een ECLI niet zelf te reconstrueren. In plaats daarvan zoek je deze op. Ook mag de ECLI niet worden afgebroken op het eind van een regel. Als de ECLI niet meer op de regel past, komt deze geheel op de volgende regel te staan.
Jurisprudentie zonder ECLI
In sommige gevallen ontbreekt de ECLI. In dat geval heb je andere opties om je verwijzing te specificeren:
- Als de jurisprudentie wel in een tijdschrift is gepubliceerd, noteer je het tijdschrift (schuingedrukt) en de vindplaats.
Voorbeeld: Rb ‘s-Gravenhage 14 oktober 2002, NJCM-Bulletin 2002, p. 313.
- Als de jurisprudentie ook niet in een tijdschrift is gepubliceerd, noteer je het zaaknummer
Voorbeeld: Hof Amsterdam 16 januari 1998, A-96/5387.
Vindplaats jurisprudentie
Je kunt jurisprudentie meestal vinden met de ECLI-zoekmachine. In andere gevallen gebruik je officiële websites.
Type jurisprudentie | Bron |
---|---|
Nederlandse jurisprudentie | rechtspraak.nl |
Nederlandse tuchtrechtspraak | tuchtrecht.nl |
Jurisprudentie van het Hof van Justitie en zijn gerechten | curia.europa.eu |
Jurisprudentie van het Europees Hof voor Rechten van de Mens | hudoc.echr.coe.int |
Jurisprudentie van het Europees Octrooibureau | epo.org/law-practice/case-law-appeals/case-law.html |
Europese en andere internationale jurisprudentie
Voor verwijzingen naar Europese jurisprudentie hanteer je hetzelfde format als voor Nederlandse jurisprudentie, maar het wordt aangeraden om de roepnaam toe te voegen (cursief en tussen haakjes).
Jurisprudentielijst
In de Juridische Leidraad wordt aangeraden om geen jurisprudentielijst op te nemen. De verwijzingen naar jurisprudentie in de voetnoot zijn namelijk al volledig (in tegenstelling tot verkorte verwijzingen naar literatuur).
Soms wil je toch een jurisprudentielijst opnemen, bijvoorbeeld omdat je heel veel naar jurisprudentie verwijst of omdat de richtlijnen van je onderwijsinstelling de lijst voorschrijven. In dat geval kun je je lijst het beste indelen op basis van instantie. Hierbij hanteer je een territoriaal-hiërarchische volgorde.
Als je meerdere uitspraken voor één instantie wilt vermelden, zet je de uitspraken in chronologische volgorde (van minst recent naar meest recent).
Veelgestelde vragen
Citeer dit Scribbr-artikel
Als je naar deze bron wilt verwijzen, kun je de bronvermelding kopiëren of op “Citeer dit Scribbr-artikel” klikken om de bronvermelding automatisch toe te voegen aan onze gratis Bronnengenerator.
Merkus, J. (2023, 02 augustus). Juridische Leidraad: Jurisprudentie | Uitleg & voorbeelden. Scribbr. Geraadpleegd op 10 maart 2025, van https://www.scribbr.nl/leidraad-voor-juridische-auteurs/jurisprudentie/