Present simple | Uitleg, Oefenen & Voorbeelden
De present simple is een Engelse werkwoordstijd die wordt gebruikt om het te hebben over gewoonten, stabiele situaties, feiten en geplande gebeurtenissen in de nabije toekomst. In het Nederlands noemen we deze vorm de onvoltooid tegenwoordige tijd.
De present simple is meestal gelijk aan de infinitief (e.g., “sing”). Voor de derde persoon enkelvoud (e.g., “he”, “she” en “it”) krijgt de present simple echter nog een “s” op het einde van het werkwoord (e.g., “write” wordt “writes”).
De present simple gebruiken
De present simple wordt gebruikt om te praten of schrijven over gewoonten, stabiele situaties, algemene waarheden en geplande gebeurtenissen in de nabije toekomst.
De meeste werkwoorden in de present simple zijn gelijk aan de infinitief (e.g., “run”). De enige uitzondering hierop is de derde persoon enkelvoud (“he”, “she”, “it” en enkelvoudige zelfstandig naamwoorden). In dat geval voeg je een “s” toe op het eind van het werkwoord (e.g., “runs”).
De present simple wordt ook gebruikt in combinatie met de future simple tense (onvoltooid toekomende tijd) om het over een toekomstige actie te hebben. In dit geval wordt de present simple-constructie meestal voorafgegaan door een onderschikkend voegwoord (e.g., “after”, “before”, “as soon as” en “when”).
Present simple voor de derde persoon enkelvoud
De derde persoon enkelvoud wordt over het algemeen gevormd door een “s” toe te voegen aan het werkwoord (zo wordt “love” bijvoorbeeld “loves”). Er zijn ook enkele andere uitgangen (suffixen) mogelijk, afhankelijk van de letter waarop het werkwoord eindigt.
Werkwoord eindigt op | Derde persoon enkelvoud | Voorbeeld |
---|---|---|
-o -ch -sh -ss -x -z |
-es | do; does watch; watches wash; washes guess; guesses mix; mixes buzz; buzzes |
Consonant + y | -ies (je vervangt de “y”) | fly; flies |
Onregelmatig werkwoord: Be
Het werkwoord “be” (zijn) wordt in de present simple gebruikt om onveranderlijke situaties aan te duiden (bijvoorbeeld: “You are smart”). Ook wordt deze vorm gebruikt om tijdelijke situaties te beschrijven (zoals “Ramona is hungry”). Het werkwoord “be” is heel onregelmatig en heeft veel verschillende vormen.
Onderwerp | Werkwoord |
---|---|
I | am |
You | are |
He/she/it | is |
We | are |
You | are |
They | are |
Present simple vs present continuous
Hoewel de present simple over het algemeen wordt gebruikt om een gewoonte, staat van zijn of feit te beschrijven, wordt de present continuous (duurvorm) gebruikt om een tijdelijke actie te beschrijven die op dit moment plaatsvindt.
Ontkenningen in de present simple
Voor de meeste onderwerpen kun je een ontkenning formuleren door “do not” (of de samentrekking “don’t”) tussen het onderwerp en het werkwoord te plaatsen. Voor de derde persoon enkelvoud gebruik je “does not” of “doesn’t”.
Het werkwoord “be” wordt ontkennend gemaakt door het bijwoord “not” na het werkwoord te plaatsen. Dit werkt hetzelfde voor alle onderwerpen.
Vraagzinnen in de present simple
Om een ja/nee-vraag te formuleren in de present simple voeg je “do” toe voorafgaand aan het onderwerp en de infinitiefvorm van het werkwoord. De uitzondering hierop is wederom de derde persoon enkelvoud. In dat geval gebruik je “does” in plaats van “do”.
Om een vraag te stellen met een wh-woord (zoals “what” of “when) zet je het voornaamwoord of bijwoord voor “do” (of “does” voor de derde persoon enkelvoud).
Passieve vorm in de present simple
Bij passieve zinnen wordt de actie uitgevoerd op het onderwerp van de zin (in plaats van een situatie waarbij het onderwerp de actie uitvoert). In de present simple creëer je een passieve vorm door een vervoegde vorm van het werkwoord “be” te combineren met een past participle (voltooid deelwoord).
Present simple oefenen (quiz)
Je kunt je begrip van het verschil tussen de present simple en present continuous oefenen met onderstaande quiz. Vul een van beide vormen in bij iedere zin.
- I _______ every morning before work. [run/am running]
- Kevin _______ the kitchen right now. [cleans/is cleaning]
- Humans _______ about 12 times per minute. [blink/are blinking]
- The train _______ at 12 p.m. every day. [leaves/is leaving]
- Allie _______ at the moment. [studies/is studying]
- I run every morning before work.
- “Run” is correct. In dit geval wordt de present simple gebruikt om naar een gewoonte te verwijzen.
- Kevin is cleaning the kitchen right now.
- De present continuous is correct, omdat hier wordt verwezen naar een tijdelijke actie in het heden.
- Humans blink about 12 times per minute.
- De present simple “blink” is correct. In dit geval wordt de vorm gebruikt om een feit uit te drukken.
- The train leaves at 12 p.m. every day.
- De present simple “leaves” is correct, omdat naar een geplande gebeurtenis in de toekomst wordt verwezen.
- Allie is studying at the moment.
- De present continuous is correct, omdat wordt verwezen naar een tijdelijke actie die op dit moment plaatsvindt.
Veelgestelde vragen over de past simple
- Wat is de Nederlandse vertaling van present simple?
-
De Nederlandse vertaling van present simple is de onvoltooid tegenwoordige tijd.
- Hoe noem je de -ing-vorm van een Engels werkwoord?
-
De -ing-vorm van een Engels werkwoord wordt het onvoltooid deelwoord (present participle) genoemd. Deze vorm kan worden gebruikt als een bijvoeglijk naamwoord (“a thrilling story”) of voor de present continuous, past continuous of future continuous (e.g., “We are partying“).
Citeer dit Scribbr-artikel
Als je naar deze bron wilt verwijzen, kun je de bronvermelding kopiëren of op “Citeer dit Scribbr-artikel” klikken om de bronvermelding automatisch toe te voegen aan onze gratis Bronnengenerator.